Een biobank met levende tumorcellen van borstkankerpatiënten maakt het mogelijk om de werking van medicijnen buiten de patiënt te testen. Daardoor kunnen borstkankerpatiënten – zonder aan diverse medicijnen blootgesteld te worden – een behandeling op maat krijgen. De wetenschappers presenteren hun onderzoek vandaag in het wetenschappelijke tijdschrift Cell.
Onderzoekers van het Hubrecht Instituut en het UMC Utrecht hebben een biobank opgezet met levende tumorcellen van meer dan 150 borstkankerpatiënten. De biobank maakt onderzoek mogelijk naar de weefsels en genetische kenmerken van borstkankertumoren (organoïden). Hierdoor ontstaat een schat aan informatie over de specifieke eigenschappen van verschillende typen borstkanker en kan de werking van alle beschikbare medicijnen op deze borstkankerorganoïden worden getest. Zo wordt de patiënt niet aan de medicijnen blootgesteld, maar kan deze wel een behandeling op maat krijgen.
Doodsoorzaak
is de meest voorkomende kankersoort bij vrouwen: ruim een vijfde van alle kankers. Wereldwijd treft de ziekte jaarlijks 1 miljoen vrouwen. Tussen de 30 en 59 jaar is borstkanker voor vrouwen de meest voorkomende doodsoorzaak. Wetenschappers, onder leiding van hoogleraar Hans Clevers (Hubrecht Instituut) en
(UMC Utrecht), hebben nu een biobank opgezet met organoïden van meer dan 100 verschillende borstkankers. Deze organoïden zijn opgekweekt uit levende tumorcellen die bij borstkankerpatiënten tijdens een operatie zijn verwijderd. De borstkankerorganoïden zijn gekarakteriseerd op weefseltype en genetische kenmerken.
Genetische kenmerken
De organoïden bieden onderzoekers de mogelijkheid om een breed scala aan mogelijke therapieën per individuele patiënt in het laboratorium te testen en deze te koppelen aan genetische kenmerken. Omdat medicijnonderzoek op het organoïde plaatsvindt en niet in het lichaam van de patiënt, is deze testmethode snel, veilig en ondervindt de patiënt geen last van mogelijke bijwerkingen. Bovendien kunnen zo vele medicijnen worden getest.
Gepersonaliseerde medicijnen
Er zijn ruim twintig verschillende vormen van borstkanker bekend. Daarnaast zijn bij DNA-onderzoek van deze kankercellen honderden genetische variaties ontdekt die bijdragen aan de ontwikkeling en eigenschappen van de tumor, maar die bij iedere patiënt anders zijn. Bij de huidige behandelingen, die meestal maar bij een deel van de patiënten effect hebben, wordt hier nog maar beperkt op ingespeeld. Er is dan ook een grote behoefte aan gepersonaliseerde therapieën.
Wetenschappelijke vernieuwing
De biobank is een waardevolle strategie in het onderzoek naar gepersonaliseerde geneesmiddelen, maar heeft vanwege de omvang wel wat voeten in de aarde gehad. “Voor de totstandkoming van de biobank moesten we op het gebied van innovatie en uitvoering grote uitdagingen aanpakken”, aldus Norman Sachs, onderzoeker bij het Hubrecht Instituut. “Dat is voor het eerst gelukt in ons instituut, omdat we hier een ideale omgeving hebben voor wetenschappelijke vernieuwing. Daarnaast hebben we samengewerkt met veel externe partners.”
DNA-patronen
In hun publicatie in Cell beschrijven de onderzoekers een verzameling van goed gekarakteriseerde borstkankerorganoïden die beschikbaar zijn voor kankeronderzoek en medicijnontwikkeling. Ook zetten zij een strategie uiteen waarmee ze laten zien dat tumoren in het lichaam van patiënten op eenzelfde manier reageren op medicatie als de organoïden in het laboratorium. Daarnaast voorspelden de onderzoekers op basis van patronen in het DNA van de tumor welk medicijn zou kunnen aanslaan. Op deze medicijnen bleken de organoïden inderdaad te reageren. Joep de Ligt, bio-informaticus en geneticaonderzoeker bij het UMC Utrecht: “Deze studie laat zien dat patronen in het DNA een belangrijke rol kunnen spelen bij het bepalen van de juiste medicatie voor een tumor. Het DNA zal zodoende steeds vaker het startpunt voor behandelingen zijn.”
Verder lezen?
Lees meer over borstkanker op umcutrecht.nl