“Het raakt je soms als je de uitslag van een tes
“In het laboratorium onderzoeken wij zowel weefsel van volwassenen als van kinderen. Uit deze testen blijkt of iemand (weer) kanker heeft, welk soort en of behandeling mogelijk is. Het raakt je soms wel als je de uitslag ziet. Het kan ook zomaar gebeuren dat je het weefsel van een bekende moet onderzoeken.”
Marja van Blokland is hoofdanalist bij het laboratorium voor moleculaire pathologie bij het UMC Utrecht. Bijna al het weefsel dat door ziekenhuizen of huisartsen bij patiënten wordt afgenomen voor onderzoek, bekijkt de afdeling pathologie. Bij het laboratorium voor moleculaire pathologie gaat het met name om stukjes weefsel met kanker, zoals huid, stukjes darm of baarmoederslijmvlies. De patholoog bekijkt met de microscoop dunne plakjes van het weefsel en stelt hierop de diagnose. Door met speciale apparatuur DNA uit het weefsel te halen, is het mogelijk om specifieke moleculaire veranderingen in de kankercellen op te sporen. Op basis daarvan wordt de juiste behandeling (medicatie en/of bestraling) gekozen. Als hoofdanalist is Marja verantwoordelijk voor het hele proces vanaf het moment dat er weefsel of aanvragen voor moleculaire diagnostiek binnenkomen tot het controleren van testuitslagen voordat deze naar de arts gaan.
Maandag: rondleidingen
“Dit weekend is het me zowaar gelukt om een keer niet thuis te werken; ik heb zelfs geen achterstallige mail weggewerkt. De nieuwe week begint goed: vandaag heb ik extra ruimte in mijn agenda, omdat twee afspraken onverwachts niet doorgegaan. Als eerste kijk ik naar de kwaliteit van de testen van afgelopen maand. Ik controleer hoeveel testen we hebben gedaan en hoeveel testen opnieuw moesten. Soms is dat laatste nodig omdat de kwaliteit niet voldoende is. Er zit bijvoorbeeld te weinig DNA in of de test geeft geen duidelijke uitslag. Maar de apparatuur kan ook een storing hebben. Ik ben tevreden over de controle, want het aantal testen dat opnieuw moest, zit onder de grens die wij hebben gesteld.
Vanmiddag geef ik een rondleiding aan twee groepen klinisch moleculaire biologen in opleiding. Zij zijn als het ware de schakel tussen de kliniek en het laboratorium. De onderzoeken van onze afdeling leveren allerlei data op. De klinisch moleculair biologen analyseren de data om vast te kunnen stellen welk soort kanker iemand heeft. Oftewel: zij zetten de cijfertjes om in begrijpelijke taal. De rondleiding werd als zeer positief ervaren, met name het punt dat wij elke dag met elkaar de dag beginnen en dan in 15 minuten terugkijken op de dag van gisteren en vooruitblikken naar de dag die ons te wachten staat. ‘s Avonds ga ik even zwemmen. Dat werkt altijd heerlijk ontspannend na een dag hard werken.”
Dinsdag: kwaliteitsdocument aanpassen
“Na het bijwerken van mijn mail start ik met het controleren en aanpassen van ons kwaliteitsdocumentsysteem. Hierin staat stap voor stap beschreven hoe we de testen moeten uitvoeren; soms zijn daarbij wel meer dan dertig stappen nodig. Elke twee jaar controleren we de documenten en of we nog doen wat er beschreven is. Aanpassingen zijn soms wel nodig, omdat we bijvoorbeeld een andere, betere manier hebben gevonden voor het uitvoeren van de test. Ook checken we hierbij of onze chemische stoffen nog op de juiste manier zijn opgeslagen, zoals ethanol. Dit kan zijn in een flesje, doos, zuurkast, koelkast of vriezer. Ook staat er bij waar ze zijn opgeslagen. Daarna bekijk ik samen met een collega of we ons de afgelopen week strakker aan onze afgesproken deadline hebben gehouden. Dit betreft het hele proces vanaf het moment dat een aanvraag van een arts bij ons binnenkomt tot dat we een uitslag hebben. Dat proces bestaat uit verschillende stappen verdeeld over meerdere dagen. Zodra er weefsel binnenkomt, dien je eerste een aanvraag in voor moleculaire analyse en pas na goedkeuring start je met de test. Het aantal aanvragen voor testen groeit nog steeds, dus we zijn aan het bekijken waar nog winst te behalen is. Dat betekent ook strakker naar de planning kijken. Dus een tijdstip vaststellen tot wanneer iemand weefsel aan kan leveren. Is hij te laat? Dan kan het dus langer duren voordat de uitslag bekend is, omdat we pas later met de test kunnen beginnen. Het blijkt dat we bij één test wel tijdwinst hebben behaald, omdat we gedurende de test ons beter aan de deadlines hebben gehouden, zonder dat dit de werkdruk verhoogde voor de analist gedurende het proces."
Woensdag: storing
“Vanmorgen was ik al om 07.00 uur op mijn werk. Ik heb wat mail beantwoord en me voorbereid op een werkbespreking met het team. Zo gaan we een aantal verbeteringen invoeren. Eén daarvan is agendabeheer; we moeten ons minder laten leiden door de waan van de dag. Ik moet me niet laten leiden door de vragen en de telefoontjes die binnen komen, er zijn ook zaken die wel vandaag of in deze week kunnen worden opgepakt of uitgevoerd kunnen worden. Niet alles hoeft direct. Sommige zaken moeten gewoon gebeuren en kun je niet continu vooruit blijven schuiven, zoals het bijhouden van protocollen en administratieve werkzaamheden. Iedereen moet daar dus ook bewust ruimte voor reserveren in zijn agenda.
Vandaag heb ik ook een aantal testuitslagen van huidkanker gecontroleerd, waarbij één patiënt een mutatie heeft in een gen en dus in aanmerking komt voor een bepaalde behandeling, zodat de klinisch moleculair biologen de uitslagen kunnen doorgeven aan de artsen. De arts bespreekt vervolgens met de patiënten welk soort huidkanker er uit de test naar voren is gekomen en wat de beste behandeling is.
’s Middags blijkt dat een belangrijk apparaat dat naar het DNA van tumoren kijkt om de soort kanker vast te stellen een storing heeft. Dat is erg vervelend, omdat hierdoor de testen stil liggen. Ik informeer de aanvragers van de testen dat de uitslagen nog even op zich laten wachten. Rond 18.00 uur ga ik naar huis. Ik pak de verfkwats nog even op om een gedeelte van de trap te schilderen.”
Donderdag: patiëntenmateriaal
“De storing is nog niet opgelost; het lijkt erop dat er problemen zijn met de verwerking van de data. De test is wel uitgevoerd, maar we krijgen de data dus niet te zien. We starten het apparaat opnieuw op en dan is het afwachten. Gelukkig werken de andere apparaten wel goed. Samen met een analist bekijk ik ’s ochtends twee aanvragen: een stukje huidweefsel en een stukje longweefsel. Het de vraag is of we voldoende weefsel hebben om te onderzoeken. Het longweefsel blijkt voldoende voor de test en de patholoog gaat er mee aan de slag. We hebben helaas niet genoeg huidweefsel, dus ik laat de aanvrager weten we iets meer nodig hebben.”
Vrijdag: vragen
“De dag begon vandaag goed voor een collega met een tijdelijk contract. Ik heb hem verteld dat hij een vaste aanstelling krijgt. Daar was hij blij mee en hij werd met applaus ontvangen op de afdeling. Daarna ben ik begonnen met het uitwerken van enkele beoordelingsgesprekken van medewerkers. Tussendoor heb ik vragen van collega’s beantwoord: Kunnen we dit materiaal gebruiken? Welke test wordt bedoeld? Is er al een uitslag? Aan het eind van de dag werk ik nog even mijn mail bij. Voordat ik naar huis ga, ga ik nog even in het centrum van Utrecht op zoek naar een verjaardagscadeau. En dan heb ik weekend!”