Hier leest u algemene informatie over een maculagat en de behandeling daarvan. Deze informatie dient ter ondersteuning van de gesprekken die artsen en verpleegkundigen met u over de operatie hebben.
Het oog is bolvormig en aan de binnenzijde bekleedt met een laag lichtgevoelige cellen. Dit is het netvlies. De macula (of gele vlek) is het centrale deel van het netvlies. De macula zorgt voor het scherpe zien, zoals nodig is voor lezen, televisie kijken en het herkennen van gezichten. Het oog is verder gevuld met een heldere gelei, het glasvocht. Dit glasvocht zit op een aantal punten vast aan het netvlies.
Een maculagat is een klein gaatje in de macula, het centrale deel van het netvlies.
Een maculagat kan spontaan ontstaan door veranderingen in het glasvocht. Door veroudering van het glasvocht verschrompelt de gelei. Hierdoor kan het glasvocht aan de gele vlek trekken en kan een maculagat ontstaan.
Symptomen uitklapper, klik om te openen
Omdat het gat in het centrale deel van het netvlies zit, geeft een maculagat vermindering van de gezichtsscherpte. Andere klachten zijn een wazige vlek in het midden van het beeld en vervormingen van het beeld. Men ziet kronkels in rechte lijnen of een vergroting van het beeld, als in een lachspiegel.
Onderzoek & diagnose uitklapper, klik om te openen
Een maculagat kan vastgesteld worden door een oogarts die in het oog kijkt. Om het nog beter zichtbaar te maken wordt een scan van het netvlies gemaakt (OCT-scan).
Behandeling uitklapper, klik om te openen
Indien een maculagat niet behandeld wordt, zal de gezichtsscherpte slecht blijven of langzaam slechter worden. Het oog wordt echter niet blind, omdat het netvlies buiten het gebied van de gele vlek normaal functioneert. Het zien van de omgeving (of gezichtsveld) blijft dus normaal.
De behandeling van een maculagat bestaat uit een operatie. Bij deze operatie wordt het glasvocht uit het oog verwijderd, zodat dit niet meer aan de macula trekt. Vervolgens wordt het meest oppervlakkige laagje van het netvlies verwijderd en wordt er een gasbel in het oog achtergelaten. Hierna moet het maculagat vanzelf sluiten in de week na de operatie.
Gasbel en houdingsadvies
Om de kans op succes te vergroten vragen wij u om de eerste week na de operatie NIET plat op de rug te liggen. Strikt naar de grond kijken (treuren) is meestal niet nodig.
Na de operatie is het zicht tijdelijk slecht door de aanwezigheid van de gasbel. Na verloop van tijd merkt u dat de gasbel kleiner wordt en dat u over de gasbel heen kunt kijken. De gasbel verdwijnt na 3 tot 8 weken uit het oog, afhankelijk van het soort gas.
Zo lang de gasbel in het oog aanwezig is gelden een aantal beperkingen:
- U mag niet reizen per vliegtuig
- Verblijf in de bergen wordt afgeraden
- Het gebruik van lachgas en andere narcosegassen wordt afgeraden. In verband hiermee vragen wij u de groene polsband, die u van ons krijgt, te dragen.
Resultaat
Bij 90-95% van alle patiënten lukt het om het maculagat in één operatie dicht te krijgen. Dit betekent niet meteen dat u beter ziet. De gele vlek herstelt zich langzaam in de loop van enkele maanden. De functie van de gele vlek kan tot één jaar na de operatie nog verbeteren.
Indien het maculagat gesloten is, geeft dit vaak, maar niet altijd, een verbetering van de gezichtsscherpte. Het is vooraf niet mogelijk om in te schatten of de gezichtsscherpte bij u zal verbeteren. Indien er beeldvervormingen waren, dan nemen die meestal af na de operatie.
Mocht het maculagat niet sluiten na een operatie, dan zal met u besproken worden of er nog andere behandel mogelijkheden zijn.
Complicaties
De operatie kent, zoals elke operatie, risico’s:
- 1% kans op algemene operatie risico’s zoals infectie en bloeding
- 1-5% kans op een netvliesloslating. Dit maakt een nieuwe operatie nodig en kan tot blijvende schade leiden
- 80-100% kans op een snelle veroudering van de lens. Dit noemen we ook wel staar of cataract. Veelal moet er na enkele maanden of jaren een staaroperatie plaatsvinden om de troebele staar te vervangen door een heldere kunstlens. Soms kiezen we ervoor om de operatie van het maculagat te combineren met een staaroperatie. De oogarts zal dit vooraf met u bespreken.
- Andere oogproblemen die kort na de operatie kunnen ontstaan zijn een schaafwondje van het hoornvlies (erosie), verplaatsing van de kunstlens of problemen met de oogdruk. Deze problemen zijn veelal van tijdelijke aard. De weken na de operatie wordt het oog hierop gecontroleerd.
Wat gebeurt er als u wordt geopereerd?
Dagbehandeling of opname
De operatie vindt meestal plaats in dagbehandeling. Dat wil zeggen dat u dezelfde dag weer naar huis gaat. Soms is een opname in het ziekenhuis nodig. De arts overlegt met u over de keuze.
Lokale verdoving of algehele narcose
Ook de keuze tussen plaatselijke verdoving van het oog of algehele narcose met beademing wordt door de oogarts van tevoren met u besproken. Als u onder algehele narcose of onder plaatselijke verdoving met bewaking wordt geopereerd, moet u gezien worden op de polikliniek Anesthesiologie. Daar heeft u een gesprek met de anesthesioloog.
Medicijnen
Wanneer u dagelijks medicijnen inneemt, kunt u daarmee doorgaan op de dag van de operatie, tenzij anders met u is besproken. Als u oogdruppels of oogzalf gebruikt, overleg dan met de arts of u hiermee vóór de operatie moet stoppen. Alleen plastabletten mag u ’s morgens vóór de operatie niet innemen. Als u bloedverdunners via de trombosedienst gebruikt, moet u dit melden en bespreken met arts of screeningsverpleegkundige.
Oproep
Ongeveer twee weken tevoren, maar soms één dag voor de operatie, belt een medewerker van het opnamebureau. U hoort dan waar en wanneer u in het ziekenhuis verwacht wordt voor de operatie. Het kan ook voorkomen dat een geplande operatie vlak van tevoren wordt afgezegd omdat er spoedoperaties bij andere patiënten nodig zijn die voorrang krijgen. Dit is erg vervelend voor u, maar is helaas soms niet te vermijden.
De dag van de operatie
Voorbereiding thuis
- Om infecties te voorkomen is het noodzakelijk dat u ’s morgens thuis een bad of douche neemt en uw haar wast. Dit laatste kan eventueel ook de dag ervoor.
- We vragen u geen make-up of nagellak te gebruiken en geen sieraden om te doen.
- Als de operatie onder plaatselijke verdoving plaatsvindt, hoeft u niet nuchter te blijven. Wij raden u wel aan niet te veel of te zwaar te eten op de ochtend van de operatie. Als de operatie onder algehele anesthesie of plaatselijke verdoving met bewaking plaatsvindt, moet u de instructies volgen die u van de anesthesioloog heeft gekregen. Meestal mag u vanaf middernacht niet meer eten of drinken, behalve een glaasje water, appelsap, thee of zwarte koffie zonder melk. Suiker mag wel.
In het ziekenhuis
- U meldt zich met uw afsprakenkaart op het afgesproken tijdstip en locatie.
- De verpleegkundige geeft u uitleg over de behandelingsprocedure.
- Na de operatie wordt uw oog afgedekt met een verband en oogdop.
- De volgende dag wordt het verband verwijderd en het oog gecontroleerd op de polikliniek. U zult daarna moeten gaan druppelen.
Naar huis
Voordat u naar huis gaat bespreekt de verpleegkundige hoe u het oog moet verzorgen en welke leefregels nodig zijn. Voor patiënten die gas in het oog hebben gekregen gelden extra leefregels. Verder krijgt u een recept voor oogdruppels, een brief voor uw huisarts en uw nacontrole afspraken mee.
Bijna altijd worden twee soorten oogdruppels meegegeven:
- Tobradex (tobramycine en dexamethason) 4 x per dag 1 druppel
- Atropine (atropine sulfaat) 2 x per dag 1 druppel
Maar dit kan bij u anders zijn, bijvoorbeeld als u ook een staaroperatie heeft ondergaan.
Wat te doen bij ziekte
Als u vóór de operatie koorts of griep heeft, dan verzoeken wij u het opname bureau Oogheelkunde te bellen, telefoonnummer 088 - 75 568 00. Dit is een antwoordapparaat. U wordt dezelfde dag terug gebeld. De arts bekijkt dan of de operatie kan plaatsvinden. Soms is het beter om een nieuwe afspraak te maken.
Zorgkosten uitklapper, klik om te openen
Meer over zorgkostenContact uitklapper, klik om te openen
Hebt u vragen? Neem dan contact met ons op. Voor het maken van een afspraak hebt u een verwijzing nodig van uw oogarts.
Polikliniek Oogheelkunde
De polikliniek is op werkdagen bereikbaar van 08.00 tot 11.30 uur en tussen 13:00 en 16:00 uur.
Verpleegafdeling Oogheelkunde (D5 west)
Hebt u vragen? Neem dan contact op met verpleegafdeling D5 west.
D5 west: 088 75 577 19 of 088 75 577 20