Mark enthousiast over nieuwe zorguitdagingen
Het UMC Utrecht is als een klok: de activiteiten gaan 24 uur per dag door en dat is alleen mogelijk wanneer de onderdelen van het raderwerk precies in elkaar grijpen. In een zomerserie lichten we er een aantal uit. Deze keer: dialyseverpleegkundige Mark Jordaans. “Het mooie van dit beroep is de bijzondere combinatie van taken: klinisch redeneren, omgaan met machines én een band opbouwen met de patiënt.”
Nieuw, maar ervaren. Gespecialiseerd, maar ambitieus om ook veel te betekenen op andere terreinen. Deze eigenschappen gelden voor Mark Jordaans. Hij is relatief nieuw in onze organisatie, omdat hij vier maanden geleden de overstap maakte vanuit het Amsterdam UMC. De 27-jarige is ervaren en gespecialiseerd, gezien de twee jaar waarin hij werkt als dialyseverpleegkundige. En ambitieus op andere terreinen is Mark tot slot, vanwege zijn betrokkenheid bij de invoering van een nieuwe therapie voor patiënten met sikkelcelziekte.
Soepel
“Een belangrijke reden om in dienst te treden bij het UMC Utrecht was dat ik hier niet alleen dialyseverpleegkundige kan zijn, maar ook één keer per week dag-coördinator ben”, zegt Mark. “Dat is een interessante nieuwe uitdaging. Kort gezegd komt het op neer dat ik dan hoor te zorgen voor een soepele gang van zaken op de dialyseafdeling.”
Overzicht houden
Hij legt uit: “Ik ben op die dag verantwoordelijk voor de planning van de patiënten en de taakverdeling binnen het team van dialyseverpleegkundigen. Er kan veel gebeuren op de afdeling; een patiënt krijgt bijvoorbeeld complicaties of er wordt iemand binnengebracht die met spoed moet worden gedialyseerd. Dan is het zaak het overzicht te houden. De dag-coördinator is namens de afdeling ook de eerste contactpersoon voor bijvoorbeeld artsen. Samen bespreek je bijvoorbeeld eventuele bijzonderheden van patiënten die zijn opgenomen.”
Afvalstoffen filteren
Naar de dialyseafdeling gaan patiënten van wie de nieren niet goed werken. Een dialyseapparaat – een kunstnier – neemt de functie van deze organen zoveel mogelijk over. Gezonde nieren filteren afvalstoffen uit het bloed. Ze reguleren ook de hoeveelheid water en zouten in het lichaam en de uitscheiding van overtollige stoffen. Plusminus 45 hemodialysepatiënten, bij wie afvalstoffen worden gefilterd via het bloed, krijgen wekelijks drie keer een behandeling in het UMC Utrecht, telkens gemiddeld drie tot vier uur.
Band met patiënten
“Als dialyseverpleegkundigen zie je dus regelmatig dezelfde patiënt”, vertelt Mark. “Zo ontstaat vaak een band, en dat is voor mij een van de aantrekkelijke kanten van het vak. Ik herinner me een man die ongeveer net zo oud was als ik. Doordat we min of meer dezelfde leeftijd hadden, kon ik me extra goed in hem verplaatsen en leefde ik erg met hem mee. Hij stond midden in het leven en was carrière aan het maken, toen hij te horen had gekregen dat zijn nieren niet goed werkten en dat hij een paar keer per week moest worden gedialyseerd. Later werd een donornier bij hem getransplanteerd, waarna dialyse niet meer nodig was. Tijdens controles in het ziekenhuis zocht hij me dan altijd nog op om even bij te praten.”
Schijfje citroen
Een dialyseverpleegkundige coacht patiënten ook. Mark: “Een belangrijke regel voor een nierpatiënt om een zo optimaal mogelijke gezondheid te behouden, is dat niet te veel mag worden gedronken. Anders kan het overtollige vocht niet aan het lichaam worden onttrokken en wordt de bloeddruk te hoog en kan iemand benauwd raken. Ik vertel de patiënt hoe hij kan omgaan met dorst. Zuig bijvoorbeeld op een ijsklontje. Of doe een schijfje citroen in je mond of in een klein beetje water, want citroenzuur stimuleert de aanmaak van speeksel.”
Druk en bloedstroom bijhouden
Behalve het contact met de patiënt spreken techniek en klinisch redeneren Mark aan. Over techniek zegt hij: “We werken niet alleen met een dialyseapparaat, maar ook met een shuntflowmeter om de bloedstroom in de shunt bij te houden. Een shunt is een onderhuidse verbinding tussen een slagader en ader in de arm. Deze verbinding is nodig om voldoende bloed van en naar het dialyseapparaat te leiden. Vóór de dialyse moet de shunt worden aangeprikt. Hiervoor kunnen we een echoapparaat als hulpmiddel gebruiken. Op een beeldscherm zie je dan het verloop van het bloedvat en kunnen geschikte plekken worden gevonden om de shunt aan te prikken. Een vaatchirurg legt de shunt aan.”
Kramp tegengaan
Klinisch redeneren betekent dat de zorgverlener de patiënt observeert, zijn waarnemingen interpreteert en dit alles koppelt aan zijn medische kennis. Mark: “Wat zijn de bloedwaardes van de patiënt? En heeft hij of zij klachten? Je bent voortdurend aan het observeren en aan het afwegen of je ergens op moet inspelen. Als tijdens de dialyse te veel vocht wordt onttrokken aan het lichaam, kan de patiënt een lage bloeddruk krijgen en kramp in bijvoorbeeld een voet, been of arm. Dan stoppen we met vocht onttrekken. Als de klacht ernstiger is, kunnen we vocht toedienen.”
Kwaliteit van leven
Een dialyseverpleegkundige heeft tijdens de dienst één tot drie patiënten onder zijn hoede. Mark: “Mijn doel is dat de dialyse ervoor zorgt dat de behandeling bijdraagt aan hun kwaliteit van leven. Wat kwaliteit van leven is? Dat verschilt per persoon. De een is gelukkig als hij zijn hobby kan blijven uitoefenen, de ander als hij kan wandelen met zijn kleinkinderen.”
Nieuwe behandeling
Eén dagdeel per week richt Mark zich op een nieuwe uitdaging. Het UMC Utrecht wil een behandeling toevoegen aan de zorg voor mensen met sikkelcelziekte. Dat is een erfelijke en ernstige vorm van chronische bloedarmoede. Mark heeft een coördinerende rol bij het opzetten van de behandeling en bekijkt de plannen door een verpleegkundige bril.
Verpleegkundigen trainen
Hij zegt: “Deze behandeling heet erytroferese. Daarbij vervangt een machine afwijkende bloedcellen door donorbloedcellen. De technieken erytroferese en plasmafiltratie zijn geen nierfunctie-vervangende behandelingen. Toch worden ze uitgevoerd op de dialyseafdeling. Dat heeft te maken met het karakter van de behandeling: bloed dat buiten het lichaam stroomt, wordt behandeld en keert weer terug naar de patiënt. Ik werk voor dit project nauw samen met internist-nefroloog Sabine Meijvis. We zitten midden in de voorbereidende fase. Het is bijvoorbeeld belangrijk dat verpleegkundigen goed worden getraind in het werken met de machine, zodat we straks veilig en verantwoord kunnen starten met de behandeling.”