(Blijvende) Ascitesdrain

(Blijvende) Ascitesdrain

U heeft in overleg met of op advies van uw behandelend arts toegestemd in het plaatsen van een ascitesdrain (slangetje om vocht uit de buik af te laten lopen). Met deze folder informeren wij u over de drain, de ingreep en de voorbereiding daarop. Ook krijgt u adviezen voor thuis. Deze folder vervangt niet het gesprek met uw arts en verpleegkundige maar dient als aanvulling daarop. 

Waarom krijgt u een (blijvende) ascitesdrain? 

U heeft al langere tijd last van vocht in de buik. Dit komt door overproductie van vocht in de buikholte. De medische term hiervoor is "ascites". 

Voor afvoer van het vocht heeft u misschien in de afgelopen periode al één of meerdere puncties ondergaan. De arts zal samen met u beslissen of u een blijvende drain kunt krijgen. Zo kunt u thuis de vochtafvoer zelf regelen. Het voordeel hiervan is dat u minder vaak naar het ziekenhuis hoeft te komen.   

Voorbereiding uitklapper, klik om te openen

U hoeft voor deze behandeling niet nuchter te zijn. U kunt dus gewoon wat eten en drinken en uw medicatie innemen. Het is wel handig om niet zelf terug te rijden. 

Tijdens de behandeling uitklapper, klik om te openen

De Ingreep 

Voor de ingreep meldt u zich op de afgesproken afdeling. U wordt hierna, op afgesproken tijd,  met bed naar de afdeling Radiologie gebracht. U wordt eerst plaatselijk verdoofd. De radioloog maakt een klein sneetje in de buikwand .  

Daarna wordt de drain met behulp van een echo in de buikholte gebracht. Als het vocht goed weg loopt ligt de drain goed. Een deel van de drain ligt buiten uw buik en wordt bevestigd aan een opvangzak . De drain zelf wordt vastgeplakt met een pleister, waardoor hij goed afsluit.    

Als u een  blijvende drain heeft gekregen, kunt u hem na het aflopen,  afsluiten met een dop. Deze krijgt u van de verpleegkundige op de afdeling.  

Na de behandeling uitklapper, klik om te openen

Thuis met een blijvende drain  

Wanneer u een blijvende drain heeft kunt u deze zelf aansluiten met de zak die u mee krijgt vanuit het ziekenhuis of continue aangesloten houden.  De thuiszorg bepaalt met u samen hoe vaak je het vocht laat aflopen.  

Via de stomaverpleegkundige zullen we materialen voor thuis aanvragen en de thuiszorg inschakelen om u thuis te begeleiden bij het laten aflopen van buikvocht en het verwisselen van de pleister.   

Aflopen van het vocht 

• Verwijder eerst het afsluitdopje van de drain en ontsmet deze met alcohol 70% en bewaar deze voor later gebruik. Dopjes dienen 1x per week vervangen te worden om infectie te voorkomen.  
• Voordat u de zak aankoppelt op de drain moeten beide aansluitpunten, d.w.z. het uiteinde van de drain en het aansluitpunt van de zak, ontsmet worden met alcohol 70%. Laat beide punten goed drogen voordat u ze op elkaar aansluit. 
• Als de drain en de zak op elkaar aangesloten zijn opent u het kraantje dat aan de drain zit en laat u het vocht aflopen. 

U bepaalt met de thuiszorg en huisarts hoe vaak per week. (meestal 1-2x per week) Mocht u buikpijn ervaren na het aflopen, is het prettiger om hem wat vaker af te laten lopen (en minder vocht)  Uit ervaring weten we dat 1½ tot 2 liter buikvocht voldoende is om klachten te verminderen. Koppel de zak niet vaker dan 2x per dag aan, omdat er dan meer kans op infectie is. Mocht dit laatste nodig zijn, kun je het systeem beter aangesloten houden.  

• Wanneer het vocht afgelopen is, maakt u het kraantje dicht en ontkoppelt u de zak van de drain. Ontsmet weer beide aansluitpunten met alcohol 70% en sluit de drain af met het schone afsluitdopje.  
• Soms blijft er nog vocht in de buik zitten. Dat kan komen, omdat er soms “pockets” zitten. Het uiteinde van de drain komt dan niet bij het vocht wat daar zit.  
• De zak kunt u uitspoelen met warm water en laten drogen. Hij moet wel 1x per week vervangen worden. Dat geldt ook voor de afsluitplug en het kraantje.  

Verzorgen van de insteekopening  

• De insteekopening (de plek waar de drain door de huid gaat), moet 2x per week verzorgd worden door de thuiszorg.  

Zij hebben hiervoor een eigen protocol. En zullen kijken hoe het met de huid is en hoe de insteekopening eruit ziet.  

• De drain hoeft niet doorgespoten te worden. Tenzij er problemen zijn met het aflopen (stroperige vloeistof of een dikke buik en er komt geen vloeistof uit). 

U heeft hiervoor wel spuitjes meegekregen en de thuiszorg zal dit voor u doen.  

 Alle verzorgingsmaterialen krijgt u mee vanuit het ziekenhuis of worden thuisbezorgd. 

Leven met uitklapper, klik om te openen

Wanneer moet u contact opnemen?  

• Wanneer de insteekopening rood, gezwollen of pijnlijk is.  
• Koorts > 38,5 of koude rillingen  
• De drain loopt niet meer af (kijk wel of er bv een knikje in de lijn zit) en bij doospuiten ook niet.  
• Lekkage langs de drain  
• Bij huidbeschadiging  
• Jeuk of irritatie van de pleister  
• Als de drain eruit gevallen is. Het is daarom belangrijk om de drain goed vast te plakken om dit te voorkomen. U wordt hierover geïnformeerd.  

U kunt bellen met de thuiszorg. Deze nummers krijgt u mee van het Bureau zorgbemiddeling uit het UMCU.   

Of met de polikliniek van de Medische oncologie. Telefoon: 088-7556308 of 088-755 5555 (weekend) 

Materialen kunt u nabestellen bij firma Hoogland per telefoon of email.  

Zorgkosten uitklapper, klik om te openen

Veelgestelde vragen uitklapper, klik om te openen

Titel van het FAQ-deel

Contact uitklapper, klik om te openen

U kunt de polikliniek van 8.00 tot 12.00 uur en van 13.00 tot 17.00 uur bereiken.